Niet studenten weest gewaarschuwd!
“Afspraak is afspraak” luidt een veel gehoorde uitdrukking. In het huurrecht gaat die vlieger niet altijd op. Zo moet de huurder een nieuw huurcontract accepteren als de verhuurder daar om vraagt, ook als dit betekent dat de huurder op straat komt te staan. Dat blijkt uit een uitspraak van de kantonrechter Utrecht van 29 februari 2012 (LJN: BV7488).
Woningcorporatie SSH verhuurt sinds september 2002 aan de gedaagde partij een flat in de Uithof te Utrecht. Vanaf maart 2009 verhuurt de SSH de flats in de Uithof alleen nog maar aan studenten. Om te bewerkstelligen dat niet studerenden de flats verlaten, vraagt de SSH hen om een nieuwe huurovereenkomst te tekenen met daarin de zogenaamde campusclausule. In die clausule staat dat de huurder de woning verlaat als hij of zij niet meer studeert.
De gedaagde partij weigert om deze clausule te accepteren omdat zij niet meer studeert en dus de flat zal moeten verlaten.
De kantonrechter overweegt dat er tussen partijen geen campusclausule geldt maar dat de wetgever SSH wel de mogelijkheid biedt om alsnog een campusclausule met de huurder overeen te komen. De kantonrechter neemt aan dat de flats in de Uithof primair zijn bestemd als studentenhuisvesting. Volgens de kantonrechter weegt ook mee dat er onder studenten in Utrecht woningnood bestaat en dat de bewoning van studentenflats door niet-studenten niet meehelpt. Ook belangrijk is dat de gedaagde partij in deze zaak ruim de tijd krijgt om een andere woonruimte te vinden. Om die reden mag van de huurder worden verwacht dat zij het aanbod van SSH aanvaardt.
Bij de kantonrechter
Woningcorporatie SSH verhuurt sinds september 2002 aan de gedaagde partij een flat in de Uithof te Utrecht. Vanaf maart 2009 verhuurt de SSH de flats in de Uithof alleen nog maar aan studenten. Om te bewerkstelligen dat niet studerenden de flats verlaten, vraagt de SSH hen om een nieuwe huurovereenkomst te tekenen met daarin de zogenaamde campusclausule. In die clausule staat dat de huurder de woning verlaat als hij of zij niet meer studeert.
De gedaagde partij weigert om deze clausule te accepteren omdat zij niet meer studeert en dus de flat zal moeten verlaten.
De kantonrechter overweegt dat er tussen partijen geen campusclausule geldt maar dat de wetgever SSH wel de mogelijkheid biedt om alsnog een campusclausule met de huurder overeen te komen. De kantonrechter neemt aan dat de flats in de Uithof primair zijn bestemd als studentenhuisvesting. Volgens de kantonrechter weegt ook mee dat er onder studenten in Utrecht woningnood bestaat en dat de bewoning van studentenflats door niet-studenten niet meehelpt. Ook belangrijk is dat de gedaagde partij in deze zaak ruim de tijd krijgt om een andere woonruimte te vinden. Om die reden mag van de huurder worden verwacht dat zij het aanbod van SSH aanvaardt.
Belang van de uitspraak
Voor niet studerende bewoners van “studentenflats” is deze uitspraak belangrijk. Zij kunnen op termijn gedwongen worden om een nieuwe huurovereenkomst aan te gaan, ook als dat betekent dat ze de studentenflats moeten verlaten. Komt het tot een procedure, dan zal de kantonrechter een belangenafweging maken. Belangrijke factoren in die afweging zijn de achtergrond van het verzoek van de verhuurder, het beleid van de verhuurder, de termijn waarop de niet-studerende de woning moet verlaten en de mogelijkheid voor de niet-studerende om een andere woonruimte te vinden.
Vragen
Heb je vragen naar aanleiding van dit bericht? Schroom niet om contact op te nemen met Hulpbijhuren via email: advies@hulpbijhuren.nl of tel: 030 - 214 50 24.